Over GeoFort – Historisch

Forten spelen vandaag de dag geen rol meer in de verdediging van het land, dat is allemaal geschiedenis. Het heden zie je als je rondkijkt: Fort bij de Nieuwe Steeg is tegenwoordig GeoFort, waar je op spannende wijze kennismaakt met navigatie, cartografie en alles op het gebied van X, Y en Z. Maar zo is het niet altijd geweest…

Het arrestantenlokaal

Zie hier de tralies! Tja, op een fort is het ook af en toe nodig om iemand voor kortere of langere tijd letterlijk achter de tralies te zetten.

De kazernestraat

Dan komen we in een gang tussen twee gebouwen in. Tegenwoordig heeft die een mooi glazen dak, maar wij stonden hier in weer en wind op wacht en moesten er op appèl verschijnen. De gebouwen om je heen waren voor ons heel belangrijk. Beide delen behoren tot onze bomvrije kazerne, het hart van het fort. Hier sliepen wij, hier aten wij en hier werden wij verzorgd wanneer we ziek waren. Er was een apotheek en zelfs een arrestantenlokaal.

De keuken

In de ruimte naast de ingang van de GeoShop bevond zich de oorspronkelijke keuken. Daar zie je iets van de waterhuishouding op het fort. Er werd gebruik gemaakt van regenwater, dat door de aarden bedekking van het dak sijpelde, daardoor gezuiverd werd, en dan via druipkokers in de waterkelders onder het gebouw terechtkwam. Het deksel van de waterkelder is te zien tegen de achterwand. Ook welwater (grondwater) werd gebruikt.

De soldatenvertrekken

Loop door de Kazernestraat richting de achterste glazen schuifdeuren en neem in de verschillende ruimtes een kijkje. De meeste soldatenvertrekken lagen links. Veel daarvan zijn nu in gebruik voor de activiteiten van GeoFort. Kun je je voorstellen dat hier ooit, bijvoorbeeld in de jaren 1914-1918, 340 man gelegerd waren, bestaande uit (onder-)officieren, korporaals en manschappen?

De munitieopslag en de lampengang

Voor de opslag van munitie golden op het fort zeer strenge regels die strikt moesten worden nageleefd. Het roken van een sigaret in de buurt van een munitieopslagplaats kon al een flinke straf opleveren. Er was geen elektrisch licht op het fort. Het was dus overal donker. Om de munitieopslagplaatsen te kunnen verlichten had men rondom de opslagplaatsen lampengangen aangelegd. Tussen deze gangen en de munitieopslagplaatsen bevinden zich nissen met dikke glazen ramen waarin olielampen konden worden geplaatst. Deze nissen werden zorgvuldig afgesloten, door pijpjes werd zuurstof aangevoerd en warmte afgevoerd.

Een groepsschuilplaats

Boven aan de trap komen we bij één van de acht groepsschuilplaatsen van het fort. Deze dateren uit de periode 1936-1940. Ze zijn van gewapend beton, omdat de bommen en granaten steeds krachtiger werden. Er konden ongeveer 10 man in zo’n groepsschuilplaats. Zuurstof werd aangevoerd door pijpen aan de buitenkant. Ook was er een telefoonaansluiting.

Remises

Wanneer we de groepsschuilplaats voorbijlopen zien we gebouw G liggen en iets links daarvan gebouw A1. Beide gebouwen zijn zogenaamde remises. Dat zijn bergplaatsen voor geschut, zoals kanonnen, en munitie. In oorlogstijd stond het geschut buiten en dienden de remises als schuilplaatsen. Gebouw G is gemaakt van zogenaamd ‘brikken beton’, een combinatie van stenen en cement. Het is nu een modern toiletgebouw.

De poterne

Gebouw A1 is een heel bijzonder gebouw, waar je eens uitgebreid naar moet kijken. Loop gebouw A1 maar eens binnen. Je bevindt je in het portaal, de plaats waar de munitie en projectielen werden klaargemaakt. Het eerste dat opvalt is de originele munitielift tegen de achtermuur. Deze remise heeft een kelder en die is heel bijzonder. We dalen de trap af.

Duisternis omringt ons. In de verte horen we vreemde geluiden. Vaag onderscheiden we beneden tegen de muur het onderste deel van de munitielift. In een van de ruimtes die je ziet, sliepen vroeger de ‘waschvrouwen’. Je kunt je voorstellen dat er een heleboel te wassen was, wanneer er op het fort meer dan 300 manschappen gelegerd waren. Men had daarom twee wasvrouwen in dienst. Deze vrouwen waren getrouwd met onderofficieren. Door de rang van hun man waren ze onbenaderbaar ‘hoog’ voor de gewone soldaten, maar ‘laag’ genoeg om het zware werk te mogen doen. De wasvrouwen droegen een penning als legitimatie. Je kunt je voorstellen dat het geen pretje was om in deze koude, vochtige, donkere, ondergrondse ruimte te bivakkeren… Behalve de slaapplaats voor de wasvrouwen bevonden zich hier ook een kruit- en projectielenmagazijn en een vulhok. Een gevaarlijk werkje!

De artillerieloods

We staan hier voor de artillerieloods. Het gebouw is geheel opnieuw opgetrokken, maar bij de nieuwbouw zijn zoveel mogelijk oorspronkelijke materialen gebruikt. Zelfs de kleur is origineel. Dit gebouw werd gebruik voor opslag van kanonnen en magazijn. Ook werd hier ‘s winters gebivakkeerd, omdat dit beter te verwarmen was dan de kazerne.